VI.BE

Steunpunt voor artiest
en muzieksector

De aansprakelijkheid van online platformen voor auteursrechtinbreuken

Over de rol van YouTube, Facebook etc. in niet-toegestane uploads van auteursrechtelijk beschermd materiaal.
Research

De masterproef onderzoekt de vraag of en onder welke voorwaarden online platformen aansprakelijk gehouden kunnen worden voor auteursrechtelijke inbreuken die begaan worden door hun gebruikers. Gebruikers van onder meer YouTube gaan immers vaak over tot de upload van muzieknummers of andere auteursrechtelijk beschermde content, zonder hiervoor de toestemming van de rechthebbenden te verkrijgen.

Online platformen, zoals videoplatformen en sociale netwerken, vormen dan ook een belangrijke schakel in de auteursrechtelijke waardeketen. Ze laten internetgebruikers toe om alle denkbare soorten content met elkaar te delen. Hierdoor komen deze platformen echter regelmatig in aanvaring met het auteursrecht. Internetgebruikers kunnen immers zelf bepalen welke inhoud zij online wensen te plaatsen, waaronder auteursrechtelijk beschermd materiaal. Wel is het zo dat grote platformen reeds preventieve maatregelen nemen om de niet-toegestane upload van beschermd materiaal tegen te gaan.

Rechthebbenden willen natuurlijk optreden tegen het gebruik van hun materiaal waarvoor geen toestemming werd gevraagd en dus ook geen vergoeding werd overeengekomen. Wanneer de inhoud online is geplaatst door de gebruiker van een online platform, zijn er echter verschillende redenen waarom rechthebbenden opteren om zich niet te richten tot deze individuele internetgebruiker, maar wel tot de beheerders van de betrokken online platformen. Zij maken het als tussenpersoon immers mogelijk dat de inhoud die in strijd met het auteursrecht wordt aangeboden, daadwerkelijk via het internet wordt verspreid en toegankelijk wordt gemaakt. In tegenstelling tot de eigenlijke “piraat”, zijn deze tussenpersonen makkelijk identificeerbaar en aanspreekbaar, wat toelaat om een einde te stellen aan de inbreuk.

Op Europees niveau voorziet de Richtlijn Elektronische Handel een vrijstelling van aansprakelijkheid voor online tussenpersonen als het gaat om de doorgifte van illegaal materiaal. Deze richtlijn is inmiddels echter een lange tijd geleden tot stand gekomen en is niet meer aangepast aan de huidige online omgeving. De vraag rijst dan ook naar de toepasselijkheid van de regels op de grote online platformen van vandaag, die een steeds actievere rol spelen bij het aanbieden van inhoud. Er is daardoor een tendens zichtbaar om de beheerders van deze platformen steeds meer verantwoordelijk te stellen voor de beschikbaarheid van inbreukmakende inhoud die gebruikers op hun websites geplaatst hebben.

Ook de nog maar zeer recent goedgekeurde Auteursrechtrichtlijn onderschrijft deze evolutie door de aanbieders van online diensten voor het delen van content binnenkort rechtstreeks aansprakelijk te stellen voor de beschikbaarstelling van inhoud die inbreuk maakt op het auteursrecht van derden wanneer die inhoud afkomstig is van gebruikers van hun platform. Ook dwingen de nieuwe regels nieuwsplatformen om hun verantwoordelijkheid op te nemen tegenover de uitgevers en auteurs betrokken bij de totstandkoming van nieuwsartikelen.

Download scriptie
Onderwijsinstelling
KU Leuven
Studierichting
Master in de intellectuele rechten en het ICT-recht
Promotor
Em. Prof. Dr. F. Gotzen
Student
Arne Saerens
Publicatiejaar
2019