VI.BE

Steunpunt voor artiest
en muzieksector

Wör: “Beiaardiers waren de dj’s van weleer.”
wör © lucinde wahlen

Wör: “Beiaardiers waren de dj’s van weleer.”

Wör, het is naast de naam van één van ’s lands meest relevante folkgroepen ook een personage uit de stripreeks Thorgal. Wör duikt als Vikingkoning op in één episode, maar verdwijnt alweer snel van het toneel. Dat is niet zo met de folkgroep Wör. Want die band is een blijvertje.

sven de potter

05.11.20

Features

Akkoord, ook zij komen door corona nauwelijks aan spelen toe, maar de band laat het hoofd niet zakken en begint met goede moed aan de promotie van hun derde cd ‘About Towers’, de plaat die hen – na successen met ‘Back to the 1780’s’ en ‘Shhht’ – voorgoed een plek zal opleveren in de annalen van de Belgische muziekgeschiedenis.

Grote woorden? Misschien, maar wel terecht, want op ‘About Towers’ toont Wör zich van hun meest veelzijdige kant. Met de voeten in de folktraditie, jazeker, maar met een heel open blik en een grote honger om door de grenzen van het genre heen te breken. Dat heeft Wör trouwens gemeen met Trio Dhoore, met wie Wör samen de Flemish Folk Caravan vormt, een folkbigband die het publiek laat kennismaken (en opzweept) met de hedendaagse rootsmuziek. De drijfveer: Vlaamse folk op de wereldkaart zetten met een nieuwe sound.

Voor ‘About Towers’ ging Wör de inspiratie zoeken in oude liedboeken, en meer bepaald bij beiaardliederen. Dat klinkt – eerlijk is eerlijk – veel meer belegen dan het is, want het resultaat van die onderdompeling in die rijke Vlaamse en Frans muziekgeschiedenis klinkt fris, dynamisch en eclectisch. Het speelplezier spat van het album. Voor de gelegenheid spraken we af met accordeonist Bert Ruymbeek en Pieterjan Van Kerckhoven, doedelzakspeler, saxofonist en musette-afficionado.

“Ik weet dat mensen beiaardliederen niet meteen associëren met woorden als hip of happening, maar dat is niet erg,” steekt Bert Ruymbeek van wal, “ook wij wisten niet wat we moesten verwachten van de liedboeken die we geraadpleegd hebben, maar we kwamen alleszins niet van een kale reis terug. Er is een ongelooflijk uitgebreid archief aan beiaardliederen, in Vlaanderen en Noord-Frankrijk. De beiaard is een bij uitstek Vlaams gegeven, en beiaardiers hadden vroeger de functie van de radio-dj vandaag. Toen er nog geen radio was, waren mensen voor hun muzikale ontspanning aangewezen op andere bronnen. De beiaard was er één van. Wij hebben geput uit dat rijke archief, zijn gaan graven in liedboeken en hebben er bewerkingen van gemaakt.”

Pieterjan: “Vandaag krijgt de beiaard toch wel weer de nodige aandacht die hij verdient. Kijk bijvoorbeeld naar wat er in Leuven gebeurt, waar beiaardier Luc Rombouts mensen verzoeknummers laat indienen, die hij met veel plezier ten berde brengt. Zo was het vroeger ook: de beiaard was de radio van dienst. Alleen, je kon hem niet afzetten (lacht).”

wör © lucinde wahlen

wör © lucinde wahlen

De muziek die jullie gebruikten gaat terug tot begin achttiende eeuw. Ik lees op jullie site namen als Petrus Josephus Van Belle, Ioannes de Gruijtters, Jean-Baptiste-Robert d’Aubat de Saint-Flour ... die doen niet meteen een ...eh, belletje rinkelen. Zo belangrijk is dat niet, maar in hoeverre hebben jullie zich gehouden aan hun partituren?
Bert: “Toen we aan de slag gingen met die muziek, gingen we uit van ‘geen wetten, geen regels’. Ja, we hebben de melodieën meestal wel gerespecteerd, maar we hebben ons verder geen resticties opgelegd. ‘About Towers’ mocht geen les geschiedenis worden waarop we alle bestaande muziek gewoon overhevelden naar de 21ste eeuw. Het is een verzameling songs geworden waar we allemaal ons ei in kwijt konden. We mogen dan welk folkies zijn en ons hart verloren hebben aan folkmuziek, het is niet het enige waar we naar luisteren. Als we op tour zijn komen Frank Zappa of Guns ’n Roses ook langs.”

Pieterjan: “We wilden het voor deze plaat wat dichter bij huis gaan zoeken. Er is heel inspiratie te vinden in landen met een rijke folktraditie, zoals in Scandinavië of Ierland, maar dichter bij huis ligt heel wat materiaal te wachten op een ontdekking. Zoals de beiaadliederen. Mensen gaan er doorgaans aan voorbij dat een lied dat uit de beiaard klinkt ook geschreven moet worden. Het dwarrelt dan wel door de lucht, toch gaat er een heel creatief proces aan vooraf.”

En dat creatieve proces leidde tot een bijzonder fijne en veelgelaagde plaat. Folk, ja, maar ze schurkt ook vaak tegen andere genres aan. Klassiek bijvoorbeeld, zoals het lied Mr. Kennis, dat haast iets mystieks uitstraalt, en perfect aansluit bij het seizoen: wat mistroostig, melancholisch ...
Pieterjan: “Ja, wij zijn tijdens het zoeken naar liederen ook vaak verrast. De bronnen waren heel rijk. We vonden ietwat traditionelere liedjes als ‘Jan, mijne man’ als composities die je niet meteen zou associëren met folk of de beiaard. ‘Mr. Kennis’ is daar één van. Kennis was een Leuvens violist, en we hebben zijn werk ‘Mars, composé par Mr. Kennis’, gevonden bij een Leuvens beiaardier. Er zit een vleugje barok in, ja. We wilden niet te veel van dat klassieke gegeven afwijken, en het is zo op de plaat beland.”

“Live spelen we graag en extremer door contrast te maken tussen heel subtiel en volle gas.”

Een aantal songs hebben een onmiskenbare jazzy feel. Ik moest zo nu en dan eens denken aan de sound van Toots Thielemans .
Pieterjan: “Dat kan, ja. Veel akkoorden op deze plaat zijn niet typisch folk, maar zorgen wel voor sfeer. Met die aanpak beland je snel bij kleurnoten, zoals een solist bij jazz doet: zoeken naar die noten die kleur geven aan de solo.”

Bert: “Ik vind dat ieders rol op deze plaat mooi tot zijn recht komt. Het is allemaal heel erg helder en elk instrument heeft een plek: de baritonsax en ritmegitaar zorgen voor het fundament, de doedelzak en de sax geven de melodie, de accordeon is de verbindende saus en de viool mag freewheelen. Niet dat dat echt vastligt, maar het valt wel op. Let op, live geeft dat iets anders: waar we ons op de plaat beperken tot akoestische, onversterkte opnames, kan dat live niet. De accordeon, baritonsax en de doedelzak hebben zoveel power dat de snaarinstrumenten versterkt moeten worden. Live spelen we graag en extremer door contrast te maken tussen heel subtiel en volle gas.”

De kunst van loslaten

Het kan niet anders of jullie hebben lang aan deze plaat gewerkt...
Pieterjan: “Best wel. We zijn er ongeveer anderhalf jaar geleden aan begonnen, na een tour in Engeland. We speelden toen al een drietal songs die later op ‘About Towers’ beland zijn, omdat we eigenlijk wilden polsen hoe het publiek de nieuwe songs zou ontvangen. We wilden alleszins geen radicale breuk met ons vorig werk en fans verliezen doordat we een andere richting uitgingen.

2019 stond in het teken van ‘About Towers’, en vlak voor de lockdown hebben we ze afgewerkt. Na twee kleine tourtjes van vijf dagen waren we klaar om de plaat op te nemen, maar dat plan moesten we wat op de lange baan schuiven. ‘About Towers’ schrijven was een intens proces. Dat we de songs even moesten laten liggen, was niet zo erg, zo konden ze nog een beetje rijpen. Toen we er klaar voor waren, zijn we de Number Nine Studio in Gentbrugge ingedoken, en hebben we de plaat ingeblikt, met achter de knoppen Joren Cautaers die ons ook geholpen heeft bij de vorige platen.”

Bert: “Met Joren achter de knoppen weet je dat je aan een mooi avontuur begint. Hij is niet de producer die zomaar registreert wat er gebeurt, maar een soort van geluidsspeeltuin aanlegt, waarmee hij de songs vormgeeft. We wilden een zo akoestisch mogelijke orchestratie als fundament, waar we later nog sfeer konden aan toevoegen. Joren heeft echt wel zijn stempel gedrukt op deze plaat en heeft ons uitgedaagd om echt te luisteren tijdens het maakproces. Het was een heel dynamische opname, waabij hij ons aanzetten doorstuurde en wij er feedback mochten op geven. Waar hij naar luisterde. Of niet, haha.

wör © lucinde wahlen

wör © lucinde wahlen

De wereld rond! Of, toch niet ...

We kunnen – hoezeer we dat ook zouden willen – niet om corona heen. Ook jullie hebben heel wat concerten moeten afzeggen.

Bert: “Ja, leuk is dat niet, maar we kunnen de omstandigheden niet veranderen. Aanvankelijk zouden we tien concerten spelen in de VS, maar net toen we onze visa aangevraagd en betaald hadden, kwam de annulering. Heel wat concerten moesten opnieuw geboekt worden, en dat is iets waar heel wat werk in kruipt, omdat je opnieuw aan de slag moet met agenda’s en rekening moeten houden met een tweede mogelijke annulering; je weet niet wanneer die coronacrisis voorbij is.

Gelukkig komen zo nu en dan wat extra aanvragen binnen. We kunnen drie optredens geven in het Wiener Konzerthaus in Oostenrijk, een moment waar we allemaal naar uitkijken. Ook Bordeaux en Luxemburg staan nog op de agenda, maar dat blijft allemaal een beetje afwachten.”

Pieterjan: “Naar Australië kunnen we dit jaar ook niet. Het is even een slechtnieuwsshow geweest, maar we proberen het positief te zien: folk is een niche, met een ietwat tijdloos karakter. ‘About Towers’ zal volgend jaar ook nog relevant zijn, zeker ook omdat we geen lyrics gebruiken. Mochten we het hebben over corona en de vreemde tijden, dan zou de plaat gewoon veel sneller gedateerd aanvoelen.”

Bert: “Ik denk dat het alles moeten leren aanvaarden, en ondergaan. We weten dat we niet meteen nieuws moeten verwachten van onze boekers in Groot-Brittannië of Duitsland. Ze geven soms een teken van leven, maar concerten zitten er alsnog niet in. Nu ja, de cd-voorstelling kan misschien wel plaatsvinden. Voor een publiek van 200 man. Dat is een lichtpuntje.”

Dat is waar, maar een folkband als Wör moet het voor een groot stuk hebben van interactie met het publiek. Een band die niet aan spelen toekomt, bestaat haast niet.
Pieterjan: “Ja, we staan te springen om opnieuw de hort op te gaan. Nu ja, we hebben de afgelopen tijd niet stilgezeten, hoor. We hadden de cd om aan te werken; het creatieve proces viel niet stil. Maar wat ik nu vooral begin te missen, is de cameraderie. Met z’n allen het busje in en op tour gaan. Op avontuur, zoals vroeger op bosklassen. Je kruipt in een bubbel, voor een paar weken en je weet dat je je gaat amuseren. Dat je bevriende muzikanten zal tegenkomen, in Estland of Tsjechië, dat er gejamd zal worden, dat je even weg bent. Touren is echt verslavend, en de beleving van het live spelen is met niets anders te vergelijken. Ja, livestreamen, dat kan, maar dat is toch helemaal iets anders.”

Bert: “Wat Pieterjan zegt, ervaar ik ook. Wör is in de internationale folkscene nog niet zo’n grote naam. Als we ergens spelen, is dat vaak vanuit een underdogpositie. Aangezien niemand weet wat te verwachten, kunnen we alle registers opentrekken en ons helemaal geven. Vooral tijdens festivals die een paar dagen duren en waar we verschillende keren geprogrammeerd staan, zie je het enthousiasme van het publiek groeien. We merken dat vooral aan het applaus, dat plots iets langer aanhoudt. Dat geeft een onbeschrijflijk gevoel, alsof het publiek je begint te dragen. Mensen kunnen overtuigen, is echt wel mooi. En het streelt je ego, ik ga daar niet flauw over doen (lacht).”

Jullie stonden op de stand-by list van WOMEX (World Music Expo), de meest internationale muziekbeurs ter wereld. Wat betekent die annulering of het wegvallen van een showcasefestival voor jullie?
Pieterjan: “Ja, dat is natuurlijk zeer jammer, omdat het je als band de kans ontneemt om je te tonen aan buitenlandse organisatoren, en muzikanten. Ik denk dat we de invloed van de afgelasting pas binnen één, twee jaar zullen merken. Het is belangrijk om daar je gezicht te laten zien, omdat je er mensen tegenkomt die je kansen kunnen geven om later te spelen. Muziekbeurzen an sich zijn niet de meest fijne plekken om rond te lopen, omdat je jezelf er toch moet verkopen; maar ze zijn wel belangrijk, om het verhaal verder te kunnen schrijven.”Bert: “We hebben het geluk gehad om te mogen showcasen op Folk Alliance (VS) en de English Folk Expo (VK), dat waren toffe concerten die telkens een effect hadden nadien. Jammer dus dat dit nu wegvalt.”

“Folk is geen star gegeven, vernieuwing mag wel.”

Jullie instrumentarium is ietwat apart: gitaar, baritonsax, saxofoon, gecombineerd met een doedelzak en een accordeon. Knettert het soms niet in de hoofden van de folkpolitie? Ik kan me inbeelden dat de puristen vinden dat jullie de traditie een beetje verloochenen.
Bert: “We hebben bewust gekozen voor deze setting, alleszins. Folk is geen star gegeven, vernieuwing mag wel. Ons startpunt is wel de rijke folktraditie, maar we doen er ons ding mee. Ik las ooit ergens de zin ‘keep the fire going, but don’t worship the ashes’. Dat is net wat Wör wil doen.”

Beluister hieronder ‘About Towers’.

Accepteer cookies om deze embed te bekijken.

Amplo najaar

Reclame