VI.BE

Spot op vi.be in RifRaf

  • Media
652 inzendingen

Deadline 01.01.70

Elke maand zet RifRaf een vi.be-artiest in de spotlight.

Spot op vi.be in RifRaf

Gecreëerd door

RifRaf

RifRaf: game over

Wat 27 jaar geleden begon als een underground muziektijdschrift, groeide uit tot een gerespecteerd, eigenzinnig muziekmagazine met een Nederlandstalige editie (oplage: 20.000) en een Franstalige editie (oplage: 15.000).

Muzikale parels blootleggen, daar draait het steeds om bij RifRaf. Bands en artiesten belichten omdat hun muziek diep raakt, omverblaast of eenvoudigweg ontroert. Pakweg 30 vrijwilligers, pure music addicts, bijten zich elke maand opnieuw vast in het steeds groter wordende aanbod. Op de Homegrown-pagina’s besteden we extra aandacht aan de Belgen. En dan vooral aan de bands die buiten de mainstream opereren, die in de kranten niet of nauwelijks aan bod komen. Amatorski, Black Box Revelation, Drums Are For Parades, Bed Rugs, Madensuyu, Flying Horseman … stonden zelfs op de RifRaf-cover.

RifRaf staat ook voor kansen bieden. Kansen aan onervaren, jonge mensen. Ze schrijven de recensies, interviewen bands en krijgen zo de mogelijkheid om hun journalistieke talenten te ontplooien. Vele (ex-)medewerkers zijn dan ook doorgegroeid naar andere media of de culturele sector, zoals Kurt Overbergh (artistiek directeur AB), Lode Pauwels (De Zwerver, Leffingeleuren), Pieter Verheyden ([PIAS]), Sasha Van der Speeten (De Standaard, BRUZZ), Peter De Lobel (De Standaard), Vincent Byloo (Studio Brussel), Gert Van Nieuwenhoven (Humo), fotografen Guy Kokken en Rob Walbers

Maar nu is ’t einde verhaal. Als je als gratis, onafhankelijk muziekmagazine alleen maar inkomsten hebt uit advertenties uit de sector (platenfirma’s, clubs, festivals …) dan weet je dat een terugval in die sector het einde kan betekenen. De financiële druk werd de voorbije jaren dan ook almaar groter.

De juni-editie komt woensdag digitaal uit – er zal dus geen printversie zijn. De allerlaatste RifRaf.

Medewerkers, ex-medewerkers, lezers, verdelers, adverteerders, bands, muzikanten, artiesten, programmatoren, promo-managers, labelmanagers, bookers, ondersteuners … een welgemeende en dikke merci voor die 27 onwaarschijnlijk boeiende en hartverwarmende jaren.

We hebben er intens van genoten. Bedankt!

Filip, Mieke en Peggy.

RifRaf’s vi.be: Bonzo

Straight from Wommersom, deelgemeente van het Vlaams-Brabantse Linter: Bonzo, een heerlijk lijzige feelgood slackerband die sinds een jaartje het lofi-ninetiesgevoel van Stephen Malkmus (Pavement) koppelt aan de sound van de vroege Weezer en het lichtjes psychedelische indiegeluid van een frisse actuele act als Mac DeMarco. Bonzo bestaat uit zanger/gitarist Thijs Boyen (bekend van de door Bed Rugs geïnspireerde band Yawns), bassist Toon Herremans, Michiel Bal (gitaar, synths) en drummer Laurens Grossen. Die laatste twee maken ook deel uit van Noble & The Isegrim, een groep die deelnam aan HUMO’s Rock Rally 2016 en zichzelf omschrijft als “een psychedelisch triumviraat der melancholie”. Bonzo, vernoemd naar de gelijknamige, in ’97 overleden hond van de frontman koestert dan weer het diy-principe. Een officiële release (ep of album) is nog niet voor meteen en de groep wacht niet op het grote succes maar naast losse songs in eigen beheer bracht Bonzo samen met Kalisto Bay (een groep waar ze ook vaak mee optreden) ook al een titelloze split-cassette uit. De nauwe samenwerking met Kalisto Bay kreeg de naam ‘Faux Bromance’ mee. Bonzo neemt zichzelf niet teveel serieus en hecht naar eigen zeggen vooral veel belang aan de creatie van goede popsongs. Zes nieuwe nummers staan in de steigers. Thijs, Toon, Laurens en Michiel lanceren binnenkort ook een lofi-video bij de song ‘Running Way’. Op de mooi gevulde agenda: concerten in Eernegem (B52, 2 april), Leuven (’t Vervolg, 13 april), Turnhout (JH Wollewei, 22 april), Zoutleeuw (JH Paljas, 30 april), Lommel (Bar A Bas, 6 mei) en Ekeren (JH Tel 18, 7 mei). En of er plannen zijn voor een toertje in het buitenland? “Elke avond spelen en samen in een busje stinken. Heel, heel graag”, aldus frontman Stijn. Good luck, DIY 4ever! (Bram Vermeersch)

Bonzo

Lo-Fi, popsongs

Nicolas Vlaeminck, onthouden die naam. De zanger/gitarist uit het West-Vlaamse Zwevezele is de spilfiguur van Cleo (een sfeervolle droompopband die in 2015 een eerste ep uitbracht) en de man achter Little Nemo (voorheen Nemo), een vermomming waarmee hij solo het pop- en rockconcours Westtalent won. Eerder had Nemo ook al een geslaagd parcours afgelegd tijdens Kunstbende. Of hij zich nu laat omringen door een ruimere bezetting met blazers (Cleo) of op zijn eentje (Little Nemo) op een podium staat, altijd is er die ene constante: talent. Nicolas koppelt een goede melancholische stem aan een gitaarstijl die blijft hangen. Dat kwam ook al daMusic ter ore. De website nam de woorden “grote toekomst” in de mond. Radio 1 had het dan weer over “doorleefde fluisterpop”. Zowel Cleo als Little Nemo sneuvelden in de recente preselecties van HUMO’s Rock Rally maar dat mag de pret niet drukken. RifRaf is er van overtuigd dat er veel groeimarge is. Nicolas combineert de fingerpicking van The Tallest Man On Earth met de gevoelige doorleefdheid van Sufjan Stevens en het getormenteerde genie van Sparklehorse. ‘Rotterdam’ van Cleo haalde de playlist van 22Tracks en Nemo mocht onlangs in ABclub een support verzorgen van Tom Vanstiphout. Moge er nog veel goed nieuws volgen in de toekomst. Nicolas bereidt zich voor op de release van een ep van Little Nemo (of een nog nader te bepalen nieuwe naam) en wil zijn solodekmantel uitbreiden met “creatieve multi-instrumentalisten die buiten de lijnen durven te kleuren”. En internationale ambitie is er ook. Hij droomt openlijk van “een livesessie bij KEXP en een uitnodiging van La Blogothèque.” Go for it, Nicolas. (Bram Vermeersch)

Cleo

Wij zijn Cleo Luister & Geniet Binnenkort brengen wij onze EP uit

RifRaf’s vi.be: Sperwer

Vreemd genoeg niet geselecteerd voor HUMO’s Rock Rally maar wel al opgemerkt door daMusic, 22tracks, Belgian Bands en nu ook vi.be-band van de maand in de februari-RifRaf: Sperwer. Een trio dat de treinverbinding Kortrijk-Gent als thuisbasis vermeldt, Nederlandstalige titels (‘Regen’, ‘Geweten’, ‘Val’) hanteert voor in het Engels gezongen nummers en een Scandinavische feel heeft omwille van een in reverb gedrenkte shoegazesound. Plaats Sperwer in het voorprogramma van pakweg de Deense band Blaue Blume en je hebt een mooie combi. Olivier Dumont, Wouter Vandersyppe en Guillaume Navarro deden eerder muzikale ervaring op bij I Will, I Swear en het intussen opgedoekte Druzhnik. Eind 2014 verscheen in eigen beheer een eerste Sperwer-ep met drie pyschedelische indiesongs: een productie van Janne Vanneste (muzikante bij The Happy en zus van BrentSteak Nummer EightVanneste). Prioritair voor 2016: opnames van een nieuwe ep in samenwerking met DJ Doctrine aka Willem Vanderstichele, een jonge producer met roots in postrock en neurofunk die daarnaast ook in de weer is met zijn project Hush. RifRaf duimt dat die tweede ep van Sperwer – net als de eerste release en het los uitgebrachte nummer ‘Hier’ (mei 2015) – een weidse en galmende release wordt. Ook live moet dat vonken geven. Boomtown complimenteerde het drietal al met de woorden “bakken vol potentieel, dit vogeltje.” En er volgt nog meer exposure. Op 24 februari speelt de band – in het kader van de Nouvelle Vague-reeks van de internetradio XL Air – een setje in het Rits café in Brussel. Op een niet alledaagse locatie in Gent neemt Sperwer binnenkort ook een sessie op voor het collectief The Motion. Later dit jaar te ontdekken via facebook.com/themotionbe. (bvm) kijkt er naar uit.

sperwer

sperwer maakt muziek.

Hij keek er naar uit om op SOUND/CHECK in AB demofeedback te krijgen maar dat viel door de verhoogde terreurdreiging en de heel spijtige annulatie van het Poppunt-event helaas in het water. Gelukkig is er nog de vi.be-rubriek waarin RifRaf maandelijks een te ontdekken groep/artiest in de spotlights plaatst. Een perfecte manier om de muziek van Michaël Lamiroy (°1991) te signaleren en de Antwerpse zanger/liedjesschrijver (wat een stem!) alsnog een bespreking te bezorgen. Op 5 december stond hij als toetsenist van de psychpopband Tin Fingers in de finale van De Zes in TRIX (het pop- en rocktornooi van Muziekcentrum TRIX). En ook solo komt de multi-instrumentalist (hij speelt ook viool) beslagen op het ijs. Tussen zijn elfde en veertiende was Michaël solist in het kinderkoor van De Vlaamse Opera. Hij leerde zichzelf nadien gitaar spelen, volgt een opleiding sound design en is sinds 2012 is op z’n eentje en met een wisselende bezetting (een full band is in de maak) bezig met een boeiende output van muziekjes die de grenzen van pop, folk en elektronica verkent. Optredens in De Roma (een voorprogramma van The Wood Brothers) en Scheld’apen (is nu Het Bos) lezen mooi op de cv en op 25 december brengt hij naast eigen werk ook enkele covers van Leonard Cohen in Staminee De Living in Heist-Op-Den-Berg. Eerder dit jaar releasete Michaël in eigen beheer een eerste ep via SoundCloud. Een werkstukje dat hij opnam met de hulp van Thomas Jellings (rietblazer, synths), Quinten De Cuyper (elektrische gitaar), Nathan Wouters (contrabas), Niels Van Heertum (eufonium, bugel) én een tape recorder. Het wat aan James Blake verwante synthpop-titelnummer ‘Sundrops’ (“mistig en hoopvol eigentijds”) bleef niet onopgemerkt in De Nieuwe Lichting van Studio Brussel. Michaël laat zich naar eigen zeggen ook beïnvloeden door Billie Holliday, Nick Drake, The Doors, Sam Amidon en Tim Buckley. Tracks als ‘Twilight’ en ‘What’s True’ laten dan weer horen dat Michaël ook raakpunten heeft met de sierlijke arrangementen van And They Spoke In Anthems en de bezwerende passie van Flying Horseman. “Ik heb een filmische kijk op muziek. Ik wil iets moois en eigens creëren waardoor de luisteraar in een verhaal kan kruipen”, aldus Michaël, die de hoop koestert om ook muziek voor theater en film te maken. “Maar eerst een aantal concerten in het voorjaar van 2016 en een tweede ep.” En de grootste droom? “De soundtrack schrijven bij de magische droomwereld van een circus. Ik zeg niet dat mijn nummers zo klinken maar het is toch altijd mijn betrachting om dromerige en betoverende muziek te maken.” Vooral blijven doen, Michaël! (Bram Vermeersch)

Michaël Lamiroy

Michaël is een jonge zanger en liedjesmaker uit Antwerpen. Daarnaast speelt hij ook viool en synths is enkele andere bands (oa. Tin Fingers).

RifRaf’s vi.be: Rumours

In 2014 stelde de afstuderende studente Hannah Vandenbussche (The Spectors, Monami) haar PXL-Music-eindproject Rumours voor op het Burnout Showcase festival in MOD in Hasselt. Een jaar later is er een eerste single (‘I Dance’) met een bijhorende psychedelische en opvallend sjamanistische videoclip die door het team van Spookstad (zie ook de clips van Vandal X, Protection Patrol Pinkerton, Dandy Davy …) is opgenomen in een oud klooster in Brugge. Het independent boekingskantoor Live Fast Die Young merkte Rumours op en het viertal kan intussen terugblikken op een optreden in het voorprogramma van I Will, I Swear (via Democrazy) en een concert in Cactus in Brugge. Naast de single ‘I Dance’ vind je op het vi.be-profiel van de groep ook de track ‘Illusions Fade’: muziek die we volgens Hannah, Stefanie Mannaerts (Brutus, The Spectors), Jonas Boermans (Astronaut) en Pieter-Jan Cools (Birds) gerust mogen omschrijven als space-pop of shaman-hop. Zelf hebben ze het liever over hoogst verwonderlijke tunes. Denk aan een bevreemdend huwelijk tussen Fever Ray en Soap & Skin. Duistere pop in de mix met bezwerende indietronica. Met de stem van Hannah als absolute troef. Next up: een show in een ongetwijfeld bomvol Krawietelke in Gent op 23 november en de release van een debuut-ep in 2016. (Bram Vermeersch)

RifRaf’s vi.be: GLINTS

The Streets revisited! Maar dan in een productionele pophiphop-jas die anno 2015 perfect in de tijdsgeest past. Slechts één show heeft GLINTS intussen op de cv staan – een Stoemp!-concert in de Bonnefooi in Brussel (28 sep) – maar RifRaf heeft zo’n donkerbruin vermoeden dat de Antwerpse producer/artiest Jan Lemmens (zijn timbre heeft echt iets van Mike Skinner) nog veel zieltjes zal winnen. Begin september was een opmerkzame LeFtO er ook tijdig bij om de track ‘Dread’ te draaien op Studio Brussel en tijdens het afgelopen Big Next-festival was Lemmens gastzanger tijdens het optreden van Vuurwerk. Niet toevallig: de debuut-ep van Glints verschijnt binnenkort op het Run Tell Secrecy label van de Brusselse electro-act. En Jergan Callebaut van Vuurwerk is de producer van die eerste release van Glints waar ook gitarist Mathias Bervoets (Lunar Rays) aan meewerkte. Live laat Lemmens zich omringen door Benjamin Cools en Ferre Marnef, de ritmesectie van Soldier’s Heart. Een veelbelovend verhaal! Benieuwd naar de (succesvolle) toekomst van Glints! (Bram Vermeersch)

GLINTS

null

RifRaf sprak met Jonathan Sandyck, voorheen actief met Woolf, een indiefolk-gezelschap wiens track ‘Hush‘ je kan terugvinden op de compilatie ‘Music For Undays’ van kwaliteitslabel Unday (Trixie Whitley, Hydrogen Sea, Dans Dans, I Will, I Swear …) . Sinds kort is Sandyck het muzikale brein van Gammarays. De Gentse groep die zich toelegt op “soulful electronics crossover with a gentle deephouse touch” is onze vi.be-band van de maand.

Jonathan: “Het verschil met Woolf? Clio (Arys, red.) staat nu centraal. De muziek is elektronisch. Ik schrijf alle nummers op mijn eentje en het resultaat is veel beter dan Woolf. (lacht) We bestaan sinds januari. Jens De Ketelaere aka Harted (zit op Moodfamily, het label van o.a. Stavroz en Amyn, red.) staat in voor de productie. Clio zingt en mijn broer Alexander speelt bas. Tijdens de Gentse Feesten hebben we voor de eerste keer opgetreden in een stampvolle Sioux. Mensen stonden zelfs al mee te zingen. Niet slecht voor een band die zes maanden geleden is opgericht. Na dat concert hoorden we dat onze muziek doet denken aan Little Dragon en Bonobo. Sommigen zeiden zelfs dat we de Vlaamse Massive Attack zijn. Zware woorden, hé. We werken anders dan de meeste bands. Nadat de nummers geschreven zijn, nemen we ze meteen op in de studio. Nadien repeteren we de songs en smeden we alles om naar één ononderbroken liveset met zang, gitaar, bas, synths en beats. We releasen momenteel alles via YouTube, SoundCloud en vi.be. Het is fijn dat de muziek van Gammarays intussen al is opgemerkt door Indiestyle, 22tracks en Beehype, een platform op Facebook waarbij meer dan tachtig journalisten van overal ter wereld hun favoriete, lokale muziek signaleren. Dat is tof want we vinden het nu vooral belangrijk om naambekendheid te verwerven. In september lanceren we een videoclip, gefilmd door mijn broer. Hij is cameraman van opleiding. We zijn heel erg indie in die zin dat we alles zelf opnemen en producen. We ontwerpen ook onze eigen logo’s en kleren.” (Bram Vermeersch)

Gammarays

Gammarays is de samenwerking tussen Jens "Harted" De Ketalaere (Productie), Jonathan Sandyck (Songwriter), Clio Arys (Vocals) & Alexander Sandyck (Bass)

Braine l’Alleud (Eigenbrakel): niet alleen de Waals-Brabantse gemeente waar je de grootste indoor minigolf van Europa vindt maar ook de thuisbasis van YellowStraps – two caps, no space. LeFtO gaf de broers Yvan (zang) en Alban (gitaar) Murenzi en hun jeugdvriend Ludovic Petermann (bas) een eerste zetje door in 2013 de single ‘Pollen’ te pluggen in z’n wekelijkse radioshow op Studio Brussel. En daar bleef het niet bij: in 2014 won YellowStraps de Red Bull Elektropedia Award voor ‘most promising artist’ en werkte de groep samen met artiesten als LeMotel en Moodprint voor de singles ‘Valium’ (verschenen op Uday Records) en ‘Landscapes’. Op de ‘Landscapes EP’ (release via Tangram Records) namen UK-based remixers Ambassadeurs en Toolbox dat laatste nummer ook onder handen. Niet slecht voor een groep die zichzelf omschrijft als autodidactische slaapkamermuzikanten. Live, met drummer Raphael Starkier aka Mr. Comb erbij, staat er ook al een en ander op de teller: shows in Botanique, ABClub, Handelsbeurs, TRIX, Vooruit, Het Depot, MOD, én supports van o.a. Ibeyi, Glass Animals, STUFF. en AKS. Deze zomer is YellowStraps ook te zien op onder meer Dour (18 juli, Dance Hall) en Boomtown (22 juli, Handelsbeurs Club). Op de setlist ongetwijfeld nummers van ‘Whirlwind Romance’, de ep die eerder dit jaar verscheen op 1M Records, een gloednieuwe samenwerking tussen Hilke Ros (ex-Amatorski) en de Zwitserse agent en festivalorganisator Nik Fischer, met boeker Herman Hulsens als extra klankbord. “Een internationaal label voor artiesten die nog wat onder de radar blijven”, aldus Ros. Op het vi.be-profiel van YellowStraps kan je alvast de integrale ep (met een glansrol voor Sabanas tijdens ‘Drowse’) ontdekken. Puik qua productie en te situeren tussen melancholische soul en laidback duister-sfeertjes met zachte postrock-gitaarmotiefjes. Mooi werk van jonge dromers die meegeven dat ze beïnvloed zijn door Mount Kimbie, Flying Lotus, Patrick Watson, Bombay Bicycle Club, Giraffage, Lucy Rose en Dream Koala. (Bram Vermeersch)

YellowStraps

YellowStraps are a team of young dreamers. They got picked up by Belgium's hip hop favourite Lefto. When you see them they are a 4-piece live-band.

RifRaf’s vi.be: Piquet

Een zilveren medaille op het provinciale rockconcours Limbomania (editie 2013), Artist In Residence in Muziekodroom en een debuutsingle eind vorig jaar: dat zijn zo’n beetje de belangrijkste wapenfeiten van Piquet. De groep uit Hasselt, met twee afgestudeerde Hogeschool PXL-studenten in de rangen, laat weten dat ze vervuld van liefde je aambeeldje willen kraken: “In de super future liefdesdriehoeken we richting Somalische eenhoorns en Tsjetsjeense buidelratten. Langs neon lichtreclame zijn we er ter genezing van uw onbeantwoorde liefde.” Op het vi.be-profiel van de band vind je ‘Fast Moving Consumer Goods’, een cover van een Kabul Golf Club-song die Piquet speelde tijdens de ‘Ceci N’est Pas Un Concert’-avond ter ere van Florent Pevée. De in 2013 overleden frontman van KGC was de vriend van Lien Moris, de zangeres van Piquet. Voorheen was Lien ook het gezicht van de groep Identiphobia. Samen met Senne Driesen (bas), Jan Viggria (gitaar) en Mattias Jonniaux (drums) kiest ze nu volop voor aparte Nederlandstalige muziek met een indie-smoel die treffend zweeft tussen psychedelica en nineties-shoegaze. De weidse single ‘Zijn We D’r Bijna’ (te beluisteren op het vi.be-profiel van het viertal) ontbreekt ongetwijfeld niet op de setlist in JC Den Eglantier in Berchem (11 juli). Andere toekomstplannen van Piquet? De release van een eerste ep in het najaar. Laat maar komen, die nieuwe muziekjes! (bvm)

Piquet

Herinnert u zich nog het topnummer ‘Spiralize’ van Karma Police? De vier leden van die groep (Sean Michael Raab, Freek Welkenhuyzen, Wouter Carlens en Cedric Vaessen) vormen samen met gitarist Mikey Buffa het vijftal Wooly Mammoths, een band die in 2014 één van de finalisten van De Nieuwe Lichting was. “Mysterious since 2013”, laat het Brusselse vijftal weten via hun vi.be-profiel waarop de heldere, kakelverse debuutsingle ‘Pulling Me Under’ (opgepikt door het StuBru-programma Select) en de demotracks ‘Out Of Love’ en ‘Come Undone’ te beluisteren vallen. In april speelde de groep in café Video in Gent. Op 16 mei kan je Wooly Mammoths aan het werk zien in JH Tel in Ekeren (w/ Ides Moon, Between Meadows) en op 21 mei tekent de band present op Trixtraxfest in Antwerpen (w/ Yuko, Ballet Dancer, Felix Pallas). Te verwachten muzikale kwaliteit? Onvervalste (sixties) indie popsongs met een stevige scheut psychedelica (een vleugje Tame Impala) en warm gezelschap van een old skool zomerbries. Nice stuff die om meer vraagt. (bvm)

Wooly Mammoths

Mysterious since 2013 // Indie Psych Rock Pop from Brussels // Vibe with us

RifRaf’s vi.be: lohaus

Tijdens een recent maandagavondoptreden in café Krawietelke in Gent bleek dat de groep uit Geel nog wat onwennig op een podium staat, maar qua productieskills en doeltreffende en lichtjes buitenaardse arrangementen zit het heel snor ten huize de 21-jarige jongens van lohaus. Dat kwam ook al buzzblog Disco Naïvité en cultuurwebsite Cutting Edge ter ore, die het geluid en het talent van de band bejubelden. Ook RifRaf is enthousiast. De drie bevreemdende (triphop)songs op het vi.be-profiel van lohaus hebben een actuele sound, overtuigen qua scherpe, nasale zanglijnen, en weten op een goede manier aan Alt-J te refereren. Dat niet alles zo downtempo of donker als ‘Overwhelm’ en ‘White Feathers’ hoeft te klinken, bewijst de zwierige popsong ‘Lighthouse’. “Music don’t stop we do electropop”, zo luidt de strijdkreet van het trio. Vooral alles blijven geven in het licht van een eerste officiële release, boys! En alle succes op Lo Rock in Leuven op 18 april. (bvm)

lohaus

MUSIC DON'T STOP, WE DO ELECTROPOP

Die sneaky egotrippers van Protection Patrol Pinkerton en Are We Serious? toch! Was het niet voldoende om het bij de respectievelijke bands te houden of wilden de jongens eens echt rocken om wat afstand te nemen van het indiegepingel van PPP en de Artic Monkeys-britpop-fixatie van Are We Serious?? RifRaf schrijft het met heel veel liefde want het antwoord op de open vragen heet dirk. – met kleine letter en punt. Een opwindend viertal dat we graag bekronen tot de vi.be-band van de maand december. Alleen die groepsnaam, beste vrienden van dirk.? Is dit nieuwe groepje om mee te lachen of zit er meer achter?

Jelle Denturck (zang, bas): “Ik heb een vreemde verhouding met bandnamen. Telkens ik aan een project begin, weet ik hoe het moet klinken en welke vibe ik wil creëren. Maar als het kind dan een naam moet krijgen, loop ik vast. Dan krijg ik de onweerstaanbare drang om in mijn eigen vel te snijden met een schijtnaam. Zo ging het met Protection Patrol Pinkerton ook: dat moet economisch gezien de slechtst denkbare bandnaam aller tijden zijn. Mocht ik iets serieuzer doen, dan waren we misschien al veel bekender, maar ik kan het niet laten. Luchtige popmuziek maken maar een onuitspreekbare naam hebben of trashy noiserock maken en klinken als een vijftigjarige boekhouder: ik vind dat grappig.”

Frederik Desmedt (gitaar, backing vocals): “dirk. is een vorm van masochisme. Veel mensen verwachten platte boerenkluchtenpop, terwijl we onze muziek natuurlijk wél serieus nemen. Vijf jaar geleden ben ik begonnen met Are We Serious?. Mijn muzieksmaak is sindsdien geëvolueerd. Het was tijd om ook eens andere muziek te maken. Je leert er ook veel uit.”

Jelle: “Logisch hé: wie veel vreemdgaat wordt beter in bed.”

Frederik: “Wat wil je daar nu mee zeggen?”

Jelle: “Slet!”

Frederik: “Volgende vraag.”

Wie voelt zich geroepen om de songs te schrijven? Of is het een gezamenlijk prutsproces dat men gemeenzaam wel eens organisch durft te noemen?
Jelle: “Als je begint met een nieuw project ben je al blij als je een song in elkaar krijgt met een begin, een einde en iets interessants daar tussenin. Maar ondertussen schrijven we vanuit een visie. We zijn met dirk. op zoek naar de waanzin, naar het moment waarop de stoppen nog net niet doorslaan. Ik zie altijd een man voor me die in een witte ziekenhuiskamer koortsachtig met zijn kop tegen de muren begint te lopen, tot hij op een bed wordt vastgebonden.”

Kan tellen! Hoor ik daar trouwens Stereophonics, Weezer en Ty Segall in de sound van dirk.?
Jelle: “Lap, het begint weer. Vergelijkingen met bands waar ik weinig of niet naar luister. Maar bedankt voor de tips, zal ik zeker eens checken!”

Frederik: “Toffe bands, maar ik drink geen koffie. Nee, Ty Segall en Weezer vind ik zalig. Cloud Nothings is voor mij wel een grotere invloed qua simpelheid en hardheid. Zalige vocalen, ook.”

Heeft dirk. iets met psychedelica qua wall of sound?
Jelle: “Psychedelica doet mij niet zo veel. Ik vind dirk. eerder een claustrofobische band. Psychedelica is voor mij hetzelfde als heil zoeken in het onbekende en het ongrijpbare. Etherische zang met veel reverb, videoclips die je doen duizelen en bestaande figuren vervormen tot ze bijna onherkenbaar zijn. Een dirk.-nummer als ‘Hide’ is anders: op de kurkdroge, rauwe stem zit zelfs geen reverb. En de hakkende drumsound klinkt alsof er iemand in je badkamer zit te spelen. dirk. moet je in het duister beluisteren. Je moet er een beetje bang van worden. Swans vind ik een goed voorbeeld van een claustrofobische band. Het nummer ‘Plaster Casts Of Everything’ van Liars en de Belgische band Maze stralen ook de sfeer uit waar ik met dirk. naar op zoek ben. Ik neem dirk. minstens even serieus als Protection Patrol Pinkerton. ’t Is anders. Bij een optreden van PPP wil ik dat het publiek van de eerste tot de laatste staat mee te zingen. Als 90 van de 100 man wegloopt bij een concert van dirk.: fine by me.”

Frederik: “Voor mij wereldoverheersing, graag. En een eigen kledinglijn.”

Jullie klinken op een bepaalde manier Brits. Is het muziek op maat van lads die graag alcohol nuttigen en naar het voetbal kijken? Of niet?
Jelle: “Voetbal is een prachtsport. ’t Is schaken met enkel koninginnen. Maar ik heb voorlopig slechts drie onderwerpen voor de teksten van dirk.: de mormonen, emoties en genitale wrattencrème.”

Frederik: “Ik vind niet dat onze sound Brits is. Volgens mij klinken we meer alsof je op een zonnige dag gaat wandelen en er plots een vliegende olifant op je kop schijt.”

Jelle: “Excuseer?”

Frederik: “’t is maar een gevoel, hé.”

Grapjassen! Tot slot: wie wordt kampioen in de Jupiler League?
Jelle: “Club Brugge! Eindelijk!”

Frederik: “Anderlecht! Alweer!” (gaan op de vuist)

(Bram Vermeersch)

De FolkandRollquasi-NewwaveborderlinetitsSYNTHpop-rock’n’cockSubUrbanTEENs van Tin Fingers hebben tongue in cheek humor én goede psychedelische liedjes in de aanbieding. Twee troeven waarvoor RifRaf het Antwerpse vijftal wil belonen met een interview in het novembernummer. Een mooie nieuwe stap na de recente derde plaats op het Gentse muziekconcours De Beloften. Ideaal qua timing ook: de ‘Ferryman EP’ van de groep verschijnt in november op Bandcamp en cassette.

Felix Machtelinckx: (gitaar, zang) “Een democratisch groep zijn we niet. Zodra we iets democratisch moeten oplossen, weten we dat we fout zitten.”

Marnix Van Soom: (drum) “Felix legt de basis en dan versieren wij zijn drol. We houden van elkaar en geloven dat dit de goede manier is om muziek te maken.”

Felix: “Het spontane speelt een grote rol. De drum moet bijvoorbeeld klinken alsof hij van een berg rolt.”

Simen Wouters: (bas) “Onze sound is sexy …voornamelijk sexy.”

Michaël Lamiroy: (strijker, stem) “Door veel samen te spelen vinden we schoonheid, liefde en boosheid. We willen de luisteraar bewust maken van onze vreugde, om dan uiteindelijk samen te kunnen dansen.”

Quinten De Cuyper: (gitaar, toetsen) “Zo is er een taal ontstaan die steeds duidelijker werd voor ons.”

Marnix: “Een frisse wind in je haren terwijl je met je foempies in een stront stapt. Het huis is vuil. We zouden het eens moeten opruimen maar de stofzuiger zit propvol.”

Simen: “We zoeken altijd een balans tussen ons eigen gevoel en een aanstekelijke popsong.”

Felix: “Je kan volgens mij maar op één manier wegkomen met een catchy refrein in een popnummer zonder dat het een platte ketnet fanta song wordt. Door er kak, drugs, whisky en boswandelingen aan toe te voegen. Onze huisstijl is spontaan en rauw. Maar we zijn op zoek naar tedere melodieën die de gruwel als een kerstcadeau verpakken.”

Simen: “Psychedelica is het warme dekentje. Tame Impala heeft ons doen kennismaken met neo-psychedelica, Beach House heeft ons een andere kant van romantiek laten zien en ‘Salad Days’ van Mac DeMarco vat de essentie van goede songs samen.”

Marnix: “‘Cabinet Of Curiosities’ van Jacco Gardner is een prachtige romantische plaat. Hij vertelt een verhaal over een bos waar ik ook graag in wandel. Die plaat is een mijlpaal in de muziekgeschiedenis van de lage landen.”

Felix: “The Growlers verbinden ons ook heel erg. Ze laten ons geloven in een betere en minder marginale muziektoekomst.”

Simen: “Ons eigen reële plan komt alsmaar dichter bij onze dromen te liggen. We hebben zicht op het gepaste label en de juiste boeker. Hopelijk wacht ons een mooie toekomst. Het was fijn om deel te nemen aan De Beloften. De sfeer onder de bands was heel vriendschappelijk. De uitslag van de jury was dan weer behoorlijk gay. (Tin Fingers werd derde na winnaar Barefoot & The Shoes en Hypochristmutreefuzz, red.)

Felix: “Muziek is geen wedstrijd. Koop een schaakbord.”

Quinten: “We willen spelen, spelen, spelen.”

Felix: “Kom eens luisteren. Muziek kan je niet lezen.”

(Bram Vermeersch)

Eind 2013 speelde het trio een try-out in Mechelen. Vijf nummers stonden er toen op de setlist. Een eerste volwaardige optreden volgde in februari 2014. Sindsdien gaat het Brutus – “een allesomvattende, statistische groepsnaam”, aldus zangeres/drumster Stefanie – voor de wind. De jonge groep staat deze zomer op de podia van ondermeer Rock Herk, Dour, Boomtown en Rock Olmen. Ook RifRaf is onder de indruk van de epische metalpostrocksound van het drietal en bekroont Brutus tot de vi.be-band van het julinummer.

Peter Mulders: (bas) “We weten niet goed wat er momenteel allemaal aan het gebeuren is. We spelen amper enkele maanden live en hebben slechts acht nummers die we goed genoeg vinden om te brengen. En plots blijkt alles een beetje te ontploffen en mogen we al die coole shows spelen. Managers, bookers en platenfirma’s staan aan onze deur te kloppen, maar wij houden zo goed als alles af. Intussen waken we er over dat onze set er staat als een huis. Het is ook belangrijk dat we een vaste geluidsman vinden die in ons gelooft. Alles moet goed geregeld zijn. Maar gaan we klagen? Nee, natuurlijk niet. We houden de voeten op de grond en laten de eerste storm wat overwaaien. We beseffen dat het begin misschien heftig is maar dat het echte werk nog moet komen. We proberen er elke show zo hard mogelijk voor te gaan.“

Stefanie Mannaerts: (zang, drum) “Het liefste wil ik dat Brutus evolueert tot de best mogelijke liveband die we kunnen zijn. Niet louter oké of ça va klinken, dus. We willen het publiek echt overtuigen tijdens onze concerten: dat is onbetaalbaar.”

Peter: “Muziek spelen betekent voor mij gewoon een half uur van de wereld zijn. Brutus moet die drive hebben. We proberen zeker niet bewust te klinken zoals groep x of y. Als band voel je de dingen op een bepaalde manier aan. Het lijkt me logisch dat je in dezelfde richting denkt qua groepsnaam, muziek, vibe en sfeer. Het karakter van Brutus zit in de uiteenlopende stijlen van de drie groepsleden. We staan open voor alle soorten muziek. Stefanie houdt van Slayer. Stijn heeft het voor The Smiths. En ik leg Kanye West wel eens op. Savages, Mastodon en Gojira vinden we ook vette bands. Al die invloeden verwerken we in songs die puur, direct en eerlijk klinken.”

Stefanie: “Cult Of Luna is ook een band waar ik totaal gek van ben. ‘Somewehere Along The Highway’ is in mijn ogen hun meest diverse plaat. Ondanks het feit dat Brutus geen sludge/metal/postrock-band is, heeft dat album van Cult Of Luna me enorm geïnspireerd qua componeren. Het akoestische nummer ‘With Here Came The Birds’ toont aan dat de groep op een ander, hoog schrijfniveau zit. Net omwille van die ene rustige track bewijst Cult Of Luna dat het de meest emotionele postrockband ooit is. Onze teksten zijn ook redelijk donker. We spelen geen metal en ik grunt niet maar nummers als ‘Justice De Julia II’ en ‘Bearclaws’ gaan diep. Misschien wel dieper dan mijn stem op dit moment aankan. (lacht) Ik ben beginnen zingen onder lichte dwang van Peter en Stijn. Ik had voorheen nog nooit gezongen. Nu voel ik mij in de eerste plaats nog steeds een drumster. Maar dan eentje die ook zingt.”

Peter: “Tegelijkertijd zingen én drummen is praktisch gezien niet gemakkelijk. Daarom zal je bij ons nummers ontdekken met minder zanglijnen dan een traditionele song. Of nummers zonder strofe of refrein. But so what? Het belangrijkste is dat het verhaal telkens klopt en dat we een goed gevoel hebben bij onze muziek. Al de rest is dan bijzaak.”

(Bram Vermeersch)

Na omzwervingen met bands als I Do I Do, Black Yukon Sucker Punch, Fenndango en Some Say Yes Some Do Less stampten Jaan Claeys en Stephan Spriet rond nieuwjaar 2012 een nieuwe band uit de grond. Metal spelen omdat het een geestig genre is: dat was het opzet van het Tieltse duo, maar uiteindelijk is het wat anders uitgedraaid. Quails staan garant voor hoekige, kurkdroge en volledig instrumentale mathrock met distorted oorpauzes die nooit te lang mogen duren. De allerminst zachte groep verzorgde al het voorprogramma van de Italiaanse band Zolle in Magasin4 en is de vi.be-band van de juni-RifRaf.

Stephan Spriet: “Vanwaar onze voorliefde voor metal? Op zich ben ik niet zo gek van metalzangers maar de muziek vind ik wel altijd machtig. Omdat die muzikanten heel goed kunnen spelen. Dat geldt ook voor Tool. Ook wel een inspiratiebron.”

Jaan Claeys: “Ik hoor graag Shellac, ik luister naar hardcore en deathcore en ik ben een fan van Dillinger Escape Plane en Gojira, een Franse band die superstrakke metal speelt. Als je met twee bent, heb je weinig dynamiek. Wat moet je dus doen? Strak spelen. Het is alles of niets maar het komt los uit de pols. En omdat we geen bassist hebben, speel ik op een baritongitaar.”

Stephan: “Onze sound is heel overstuurd en luid. We klinken automatisch al wat zwaarder omdat de kop van Jaan zijn Ampeg-baskas een Peavey is.”

Jaan: “Een Eddie Van Halen-versterker, hé. Dé metalversterker bij uitstek. Die klank is ongelooflijk vuil. We hebben hoe dan ook een agressief geluid. Stephan mept er ook op los op zijn drums.”

Stephan: “We zijn sowieso veel meer een liveband dan een groep wiens muziek

je thuis in de zetel wil beluisteren. Het begint bij ons altijd met een riff en we streven naar een geheel. Al komen er weinig stukken terug.”

Jaan: “In die zin doen we aan decompositie. Iets wat we schoon zouden kunnen spelen, vervormen we en maken we vuiler, chaotischer en minder begrijpbaar. Ik heb niet graag dat je muziek te snel door hebt. Er mag een hoek van af zijn.”

Stephan: “We maken complexe en drukke muziek. De luisteraars krijgen veel kletsen tegen het hoofd. Een set van acht nummers volstaat. Dat is genoeg informatie voor het publiek. Ik ben zelf redelijk kapot na afloop. Voor Jaan en ik komt het er op aan om geconcentreerd te blijven. Er zitten veel details in onze muziek. Een optreden van Quails is een dubbeltje op zijn kant. Er komt veel denkwerk bij kijken. Dat is soms lastig.”

Jaan: “Ik zou het niet anders willen. Waar ben je mee bezig als je er niet meer bij nadenkt? Dan is het alsof je aan een band staat te werken. Dat zou ik ambetant vinden. Ik kan nog geen enkel nummer van Quails perfect brengen. Ik probeer telkens opnieuw iets te spelen dat ik nog niet kan. Dat is ook het fijne aan metal: je kan altijd je grens verleggen.”

(Bram Vermeersch)

Quails

Hard as nails.

Knopen hakken Tina (drum) en Alek (gitaar) samen door maar op de vraag wie van de twee de beste zangcapaciteiten heeft, luidt het antwoord: “For you to find out!” Zeker is dat The Glücks eind vorig jaar het provinciale rockconcours Westtalent wonnen en intussen ook optredens in Nederland, Frankrijk en Duitsland achter de rug hebben. Komende zomer spelen ze in Londen en deze maand is het Oostendse garage/bluesrock-duo de vi.be-band van de mei-RifRaf.

In de studio van Arjan Bogaert (“een toffe no-nonsense dude”) registreerden The Glücks hun ‘Barefoot Sessions’, een live en onversneden momentopname die op beperkte oplage verkrijgbaar is. In principe al hun vierde schijf maar aangezien The Glücks nog nooit echt een officiële release hebben uitgegeven, blijft het nog even wachten op een eerste full album. Omdat er echter nooit genoeg rock-‘n-roll-koppels met een lekker vuile en hartstochtelijke sound zijn, laten we Tina en Alek wél al aan het woord in RifRaf.

Tina: ”Haha, wat betekent rock-’n-roll? Jong van hart en rechtuit zijn? Onafhankelijk willen zijn van conventies? Zo veel mogelijk experimenteren en ervaringen opdoen? Ik zeg volmondig ja. Er zijn waarschijnlijk wel bands die alleen maar gaan voor naam en faam maar voor ons is muziek veel meer dan dat. Het is pure passie. Een levensstijl, een schreeuw om vrijheid en een vorm van rebellie. The Glücks is niet zomaar een bezigheid: de groep is echt ons leven. Alek en ik hebben elkaar ontmoet dankzij muziek. En om elkaar beter te leren kennen, besloten we naar Keulen te wandelen. Na een lange tocht, een overnachting bij een pedofiel en een vette show van The Meteors, was het duidelijk dat we dezelfde opinie en ingesteldheid hadden. Het klikte en nog geen week later stonden we, zonder dat we gerepeteerd hadden, op een podium. We hebben nog even met een andere drummer gespeeld maar nadat die eens last minute afbelde, wisten we dat we met twee verder moesten. We gaan er gewoon voor. Die kracht is en blijft the trigger van The Glücks. En we klinken wild, onbegrensd en passievol.”

Alek: “We geven niet om trends en pretentie mag geen kans krijgen. Plezier staat centraal. The Glücks is music by the people for the people. Alles dat wild en vrijgevochten klinkt, is voor ons een inspiratiebron. The Cramps, bijvoorbeeld. Changed my fucking life.”

Tina: “The Cramps zijn het bewijs dat muziek ook puur, rauw en primitief mag zijn. We zijn lang overtuigd geweest dat bands van nu ons niets te bieden hadden maar we zijn bijgedraaid. Of muziek nu recent of een deeltje van de geschiedenis is, maakt niet uit. Je moet het gewoon voelen. Ook hedendaagse acts als The Magnetix, Black Diamond Heavies, Bloodshot Bill, King Automatic, Thee Oh Sees en Ty Segall hebben groove, power en ruwheid.”

Alek: “Het mag allemaal wat uit de haak klinken. Fouten en imperfectie zijn het bewijs van menselijkheid. Het publiek krijgt constant voorgekauwde muziek voorgeschoteld. Alsof er geen andere keuze is. Troep heeft ondanks de bewaarmiddelen wel degelijk een houdbaarheidsdatum.”

Tina: ”Afgelikte muziek klinkt te opdringerig, te gefabriceerd, te oppressief. Alsof er te lang over is nagedacht hoe muziek moet overkomen. Zonder rekening te houden met het daadwerkelijke karakter ervan. Wij willen net de boodschap overbrengen dat het gerust anders mag en moet zijn.”

Alek: “Alles wat we doen, doen we uit liefde voor elkaar en het leven.”

Tina: ”We zijn een sterke liefdevolle unit. Anders zouden we The Glücks niet zijn.” (lacht)

Alek: “Liefde, levenslust en Weltschmerz gaan bij ons hand in hand. Veel dingen zijn lang zo erg niet als wat mensen er soms van maken. En van andere zaken moet je je bewust zijn in plaats van ze te verbloemen. Pessimisme houdt wel ergens op. Je kan creatief omgaan met leed. Bij ons vertaalt zich dat in iets positiefs. We hadden ons kunnen afschermen van de wereld en al zijn zorgen maar er zijn geen vier wanden die onze levensvreugde kunnen begrenzen en definiëren.”

(Bram Vermeersch)

Dit staat ook in RifRaf #255.

The glucks

Bonnie & Clyde psyched out primitive Rock n Roll Garage Fuzz Trash Punk twosome sexplosion!

“Momenteel willen we vooral veel spelen en naambekendheid verwerven. Onze shows moeten ook goed zijn want één slecht concert kan je reputatie om zeep helpen. Daar zijn we extra waakzaam voor.” Sam Dufoor, de zanger van de Waregemse groep Drums ’n’ Guns is nuchter maar ook gedreven en ambitieus. “We treden veel op in kleine cafés maar de honger naar grotere podia neemt toe. De ultieme doorgroeimogelijkheden heb je als band echter niet zelf in de hand. Je moet opgepikt worden door mensen uit de muziekscene. Zo’n doorbraak forceer je nooit alleen.” Bij deze een door een kanonschot vergezelde ten-oorlog-gongslag van RifRaf: Drums ’n’ Guns is de vi.be-band van onze april-editie. Kaboem!

Sam Dufoor: ”Onze groepsnaam is ontleend aan een album van Low. Marjo De Keukelaere, onze bassist, is een die hard-fan. Aanvankelijk opteerden we qua naam voor Sorry For The Elephant, naar een flard uit de songtekst van ‘Living Doll’ van Cliff Richard feat. The Young Ones. Tot afgrijzen van Mario Debaene, de ontwerper van ons logo. We hebben dat idee dan maar op de laatste knip afgevoerd. Mario is naast een gerespecteerde lay-outer die regelmatig in Humo publiceert ook een gediplomeerde tatoeëerder. Onze muziek deed hem denken aan hardrock en bikers. Die invloeden vind je terug in ons logo. Samen met de fotosessies in legerkostuums is Drums ’n’ Guns echt wel een sterk concept. In het begin hadden we wel veel discussies over de eventule schrijfwijze D ’N’ G. We wilden vooral weg blijven van de associatie met Dolce & Gabanna. Hoe ik ons zou typeren? Drums ’n’ Guns is vooral asem. Levenslucht. De groep is onze ultieme muzikale ruimte. Er is volledige vrijheid. Alles kan en niets moet. We zitten absoluut niet in een keurslijf en maken muziek zonder dresscode. We hollen geen hypes achterna. Via riffs proberen we telkens opnieuw een verhaal uit te bouwen dat werkt. Onze gitarist Win Nellen heeft een voorliefde voor groepen als The Mars Volta, Sparta en At The Drive-In. Dat hoor je bij momenten wel in onze muziek. Maar staar je zeker niet blind op de muziek die we online aanbieden. Hoewel we veel andere nummers nog niet opgenomen hebben, staat Drums ’n’ Guns ook voor americana, bluesrock, garage en post-rock. Trouwe volgers zeggen ons dat we dankzij de invloeden van die genres toch een eigenheid aan het vormen zijn. Daar willen we uiteindelijk ook naartoe. Zelf bespeel ik geen instrument. Als zanger ben ik afhankelijk van de ideeën die aangereikt worden door de andere groepsleden. Ik vraag me telkens af: tiens, hoe klinkt die riff? En dan kom ik bijvoorbeeld uit bij Nick Cave, Mark Lanegan Band, Dead Weather, Jack White, Steve Wynn, 16 Horsepower, J. Garcia van Kyuss of de soundtrack van de film ‘Into The Wild’. De sfeer van de muziek wordt gevoed door gebeurtenissen, verhalen, beelden en foto’s die belangrijk zijn voor de bedenkers van de riffs. Daar stem ik mijn teksten op af. Zo komen we tot een mooie eenheid binnen de groep. En alleen de songs waar iedereen achter staat, halen de set. Die bedraagt momenteel een goed uur. Ik hoor niemand klagen. (lacht) Drums ’n’ Guns was aanvankelijk de stonergroep Mogul. Op ons hoogtepunt speelden we dertig concerten per jaar maar na tien jaar was ik uitgekeken op het genre. Dat ik zelf niet dweep met verdovende middelen en niet over de highway raas in een Ford Mustang zorgde er voor dat het moeilijk werd om teksten te blijven fabriceren. Op den duur klopte de inhoud niet meer bij de sfeer van de muziek en dat gaf een bevreemdend gevoel op het podium. Ik genoot enorm van de kracht en de strakheid waarmee we een zaal konden inpakken maar uiteindelijk kreeg ik het gevoel dat we in herhaling vielen en weinig nieuws aan het genre konden toevoegen. Op stonerfestivals merkte ik ook dat iedereen hetzelfde aan het doen was. De publieke interesse in het genre leek stilaan weg te ebben en de kleine gespecialiseerde stonerrocklabels verdwenen. Tja, dan kan je ofwel stoppen met spelen of een nieuw project opstarten: Drums ’n’ Guns, dus. We componeren met veel plezier en intussen blijven we zoeken naar plaatsen waar we op dat ene moment iemand ontmoeten die onze muziek kan pruimen. Misschien zijn we dan definitief vertrokken. Nieuwe opnames zijn zeker een uitdaging. Alleen de financiering is de grootste rem op verdere aspiraties. De cd-verkoop is in elkaar gevallen en gages worden teruggeschroefd. Ik heb niet echt de indruk dat de ondernemingszin van underground-bands wordt aangescherpt. Hoe we alles zullen verwezenlijken, is voorlopig nog koffiedik kijken. Maar als we nog eens in een studio belanden dan graag met een degelijke producer. Zo iemand kan echt wel het verschil maken.” (Bram Vermeersch)

Dit staat ook in RifRaf #254.

Drums 'n' Guns

"Zacht waar het zacht moet zijn,... Harder waar het kan!"

Een superkrautrockband, iemand? Philipp Weies (gitarist Manngold De Cobre, Arno), Hans De Prins (toetsenist van Broken Glass Heroes) en Antoni Foscez (drummer bij Statue, DVKES, Reena Riot en Meuris) blijven niet in de pas staan en slaan de vleugels uit als Go March. De driftige instrumentale tracks van het trio zijn verfijnd en meeslepend en de lekkere sound heeft een Kraftwerkfeel met een industriële new wave-smoel. Go March: met zo’n groepsnaam moet je wel de vette vibe-band van de maand zijn in de maart-RifRaf.

Geen (halve) finale van Humo’s Rock Rally voor Go March. Maar niet getreurd. Een passage op We Are Open in februari, een nakende platendeal een eerste 7” single eind april en een selectie voor het internationale uitwisselingsproject Excite (“we willen graag in Schotland spelen, we lusten wel een fles whisky”) bewijzen dat het goed zit. Zou Philipp Weies intussen nog weten met welke intenties de groep is opgericht?

Philipp Weies: “In mijn hoofd had ik eerst een totaal ander beeld van Go March. Ik dacht dat we iets in de stijl van Lightning Bolt zouden doen. Door te knutselen en te jammen, spelen we nu compleet andere muziek. Ik heb veel naar de krautrock van Can, Neu! en Popol Vuh geluisterd en ik hou van die bands maar ik zie ze niet als een primaire invloed. Onze muziek sluit veel meer aan bij oude synth-pioniers als Klaus Schulze en Tangerine Dream. En misschien ook wel bij vroege Kraftwerk, dat zal nog het meest de krautrock-invloed zijn. New wave: dat is ook wel een duidelijke referentie. daar ben ik fel door beïnvloed. Met Go March gaan we op zoek naar kille klanken. We proberen het organische er altijd uit te halen. De sfeer is intens maar het blijft afstandelijk. Onze muziek moet afgelijnd en synthetisch zijn. We trekken onze opnames recht en laten niets aan het toeval over. Wat dat afgelijnde betreft: ik luister graag naar remixes van Erlend Øye, Caribou en Gold Panda. ‘Rise’ verschijnt eind april als een ouderwetse 7” single met een remix op de b-kant. We moeten nog uitmaken wie met het nummer aan de slag mag gaan maar ik denk dat we wel snel iemand zullen vinden. Intussen zitten de onderhandelingen met een bepaalde platenfirma in een finaal stadium. We mikken op een release in het najaar. Meteen een full album. Geen ep: dan geef je ideeën weg. Daar hou ik niet van. Ik koop zelf ook geen ep’s. Een volledige plaat vind ik leuker. En we hebben songs genoeg. Zijn we een supergroep? We zijn in ieder geval niet op die manier ontstaan. Hans is één van de eerste mensen die ik heb leren kennen in België (Philipp heeft Duitse roots, bvm) en Antoni heb ik eens aangesproken nadat ik hem had zien spelen. Hij was toen helemaal nog niet bezig met Meuris of Luc Van Acker. Ik zal Go March zelf dus nooit omschrijven als een superband. Ik probeer ook nooit te veel te verwachten. Ik was niet per se ontgoocheld dat we niet verder zijn geraakt dan de preselecties van Humo’s Rock Rally. Het was mooie extra promo geweest maar er zijn nu ook veel mensen die in ons geïnteresseerd zijn. Ik vind het super dat we geselecteerd zijn voor Excite en zo eens buiten België kunnen spelen. Dat kwam echt uit de lucht gevallen. Ik hoop dat het ons iets kan opleveren want we willen met de groep zo snel mogelijk naar het buitenland. Daar zijn we volop mee bezig. We hebben al een boeker in Duitsland. Voorwaarts mars? Ja, sowieso. Er is nu een hele goede vibe rond Go March. Ik heb er goede hoop in.” (Bram Vermeersch)

Dit staat ook in RifRaf #253.

Go March