Werken met een vennootschap
Op het eerste zicht is de reden van een keuze voor een vennootschap ongeveer dezelfde als die voor een vzw. Als er grotere sommen geld verdiend en beheerd worden, of als je het geld van de band, collectief of label juridisch en fiscaal gezien wil gescheiden houden van het persoonlijke geld van de leden, dan is de oprichting van een rechtspersoon heel sterk aan te raden. Op die manier kunnen schuldeisers bv. niet de persoonlijke rekeningen van de leden komen leegplunderen als er iets fout gaat. Meer over de verschillende redenen om al dan niet een rechtspersoon op te richten, lees je hier.
Met een vennootschap kan je collectief een aantal dingen vergemakkelijken: facturen sturen naar een organisator, geld uit verschillende hoeken (cd-verkoop, optredens, royalties, merchandise, …) op een eenvoudige manier beheren, etc. Het grote verschil met de vzw is dat een vennootschap als doel heeft om de gemaakte winst ook uit te keren aan de vennoten. Vennootschappen kunnen dus niet alleen hun vennoten uitbetalen voor prestaties, maar kunnen, als de zaken goed gaan, de vennoten daarvan laten meegenieten. Voor een vzw is (onrechtstreekse) winstuitkering ten strengste verboden.
Sinds de inwerkingtreding van het nieuwe wetboek vennootschappen en verenigingen op 1 mei 2019 kan je nog kiezen tussen vier basis vennootschapsvormen:
-
de maatschap, waar ook de vennootschap onder firma (VOF) en commanditaire vennootschap (Comm. V) onder vallen
-
de coöperatieve vennootschap (CV)
-
de besloten vennootschap (BV)
-
de naamloze vennootschap (NV)
Vennootschappen zijn onderworpen aan de vennootschapsbelasting. Ze betalen belasting op de winst die ze maken (dus inkomsten na aftrek van gemaakte kosten). Naar gelang de grootte van de winst, komt de vennootschap in een bepaalde schijf terecht, en daar is een belastingpercentage aan gekoppeld.
De vennootschap betaalt zelf geen sociale zekerheidsbijdragen, tenzij ze lonen uitbetaalt aan eventuele werknemers en dus bovenop die brutolonen de verplichte sociale zekerheidsbijdrage werkgever betaalt.
Als er geld vanuit de vennootschap op de rekening van de vennoten terecht komt (als vergoeding voor een prestatie), dan moet elke vennoot apart die inkomsten aangeven in de personenbelasting en sociale bijdragen betalen (tenzij het om een reële kostenvergoeding of een forfaitaire kostenvergoeding als de AKV of de vrijwilligersvergoeding gaat).
Afhankelijk van de activiteiten van de vennootschap, kan die vrijgesteld, deels of volledig btw-plichtig zijn. Maar aangezien een vennootschap net bedoeld is om handelsdaden te stellen en commerciële activiteiten uit te voeren, is de kans op een vrijstelling erg klein. Blijft de omzet van de vennootschap beperkt tot € 25.000 per jaar, dan kan die vrijgesteld worden op basis van de ‘kleine ondernemingsregel’.
Als de vennootschap btw-plichtig is, dan moet er een bepaald percentage btw worden aangerekend op de facturen die uitgestuurd worden, en kan die vennootschap ook de btw recupereren die ze zelf betaalt op aankopen.
Als je van plan bent om een vennootschap op te richten, dan raden we je sterk aan om gespecialiseerde begeleiding in te schakelen. Je kan daarvoor altijd terecht bij een consulent van Cultuurloket.