Mirko en Dejan Banovic: family ties tussen bas, drum en muzikale passie
Wij gingen voor de gelegenheid langs bij Mirko en Dejan Banovic, zoon en vader. Banovic-de-oudere maakte naam als bassist bij Arno, Arsenal, Stef Kamil Carlens & The Swoon, Sugarbunny … en talloze andere muzikale projecten. Banovic-de-jongere maakt ondertussen faam als producer, beatmaker en drummer. En, om het plaatje helemaal af te maken, mama Leonie Gysel was frontvrouw bij Arsenal en speelt ook al heel haar leven muziek.
“Je kunt wel stellen dat Dejan muziek heeft meegekregen in de moederschoot”, vertelt Mirko. We zitten voor de gelegenheid in het Banovic-HQ, een loftige ruimte vlakbij Gent, waar Dejan zijn studio heeft en waar Mirko al sinds jaar en dag repeteert. De plek ademt creatiedrang.
Dejan: “Ik heb het nooit anders gekend. Als je opgroeit in een gezin waar zowel je vader als je moeder muzikant zijn, stel je je daar niet echt vragen bij. Het is maar toen ik bij vriendjes op bezoek ging dat ik besefte dat mijn ouders er toch een ander leven op nahielden. Ik heb andere ouders vaak horen zeggen dat ze tickets hadden voor bijvoorbeeld Arsenal, en dat ze dus naar mijn mama en papa gingen kijken.”
Als je opgroeit in een gezin waar zowel je vader als je moeder muzikant zijn, stel je je daar niet echt vragen bij.
Dejan Banovic
Mirko: “We hebben Dejan nooit gepusht om met muziek bezig te zijn; voor hetzelfde geld was hij een heel andere richting uitgegaan. Voetballer? Wel … ook dat was oké geweest (lacht). Maar het bloed kruipt blijkbaar waar het niet gaan kan, want al van kleins af aan was hij in de weer met ritme. Eerst op potten en pannen, en dan op een klein drumkitje. Hij was gebeten door ritme en groove. En ik zag al snel dat er toch meer inzat dan louter wat trommelen.”
Jullie spelen allebei een ander instrument, maar er zit toch iets gemeenschappelijks in wat jullie doen: zowel de bas als de drum hebben een dienende functie, en zijn tegelijk onmisbaar om de groove van een band te bepalen.
Mirko: “Ik heb altijd al interesse gehad voor de groove, voor hoe bas en drum in elkaar haken en het hart vormen van de ritmesectie. Ze vormen de kern van een band en zijn onmisbaar en bepalen onmiskenbaar het hart van de muziek. En ja, ze hebben allebei een dienende functie, maar neem ze weg, en de fond verdwijnt. Ik denk dat zowel Dejan als ik geen tafelspringers zijn, en dat we liever wat in de luwte van een band actief zijn, maar dan wel in een bepalende, dragende rol. Ik voel me daar helemaal in mijn sas.”
Ik denk dat zowel Dejan als ik geen tafelspringers zijn, en dat we liever wat in de luwte van een band actief zijn, maar dan wel in een bepalende, dragende rol.
Mirko Banovic
Dejan: “Dat geldt ook voor mij. Soms krijg ik wel eens de vraag of ik niet zelf up front wil staan, als gangmaker, maar dat is echt niets voor mij. Ik voel me het best als ik in mijn studio zit om beats te maken of als producer te schaven aan een nummer. Laat de anderen maar shinen. Nu, als drummer is het ietwat ander verhaal. Ik speel sinds een tijdje bij Dikke, als live-drummer. Ik was via Chuki Beats met Dikke in contact gekomen, omdat hij wat wou schaven aan zijn liveshow. Hij wilde het anders aanpakken, zeker met Pukkelpop in het vooruitzicht.
We raakten aan de praat, eerst met de intentie om wat arrangementen te veranderen, maar we kwamen al snel op een andere piste terecht. Ik suggereerde om alle lyrics die live meeliepen op tape te schrappen en de hele set live te spelen. Voor Dikke klonk dat nogal out of zijn comfortzone, maar hij raakte toch overtuigd om zijn muziek met een live-band te brengen. Ik was er zeker van dat live rappen en live spelen zijn muziek meer punch zou geven en dat het de connectie met het publiek ten goede zou komen. En dat gebeurde ook: de show op Pukkelpop was echt wijs.”
Ik voel me het best als ik in mijn studio zit om beats te maken of als producer te schaven aan een nummer. Laat de anderen maar shinen.
Dejan Banovic
Je kunt de kracht van live drums of van een liveband nooit bereiken met een tape, toch?
Dejan: “Neen, dat vind ik ook. Nu ja, het is vaak ook een kwestie van centen. Het is duurder om live-muzikanten te betalen dan één DJ of producer, maar het resultaat is zoveel cooler.”
Mirko: “Dat klopt. Toen ik bij Arno aan de slag was, lag de nadruk ook altijd op de kracht van de ritmesectie. Arno was daar heel streng op: het moest grooven, en zelfs al zat er een kick verkeerd of miste iemand een beat, dan had hij het gehoord. ‘Een band is maar zo goed als zijn drummer’, is een van zijn meer bekende uitspraken. En hij had overschot van gelijk.”
Het verschil in skill
Mirko: “Waar ik van opkijk bij Dejan, en de jongere generatie muzikanten in het algemeen, is hoe snel ze weg zijn met alle nieuwe ontwikkelingen. Als ik Dejan in zijn studio aan de slag zie, begint het me soms te duizelen. Die wereld is op korte tijd zo geëvolueerd.”
Dejan: “Dat is zo. Het gaat allemaal heel snel, zeker nu met de opkomst van AI. Daar hebben we het einde nog niet van gezien. Als producer is het belangrijk dat ik mee ben en blijf met de meest recente ontwikkelingen, en dat ik mijn naam verspreid. Ik heb bijvoorbeeld op Beatstars een aantal tracks gepost, meer om te tonen dat ik er ben en dat ik weet wat er speelt, zeker wat hiphop betreft. Als ik daar relevant wil blijven, moet ik dat ook tonen. Al gaat de ontwikkeling daar toch heel erg snel.”
Waar ik van opkijk bij Dejan, en de jongere generatie muzikanten in het algemeen, is hoe snel ze weg zijn met alle nieuwe ontwikkelingen.
Mirko Banovic
De vraag is: hoe blijf je op de hoogte?
Dejan: “Vooral door YouTube-tutorials te volgen. Ik vind er echt alles wat ik nodig heb.”
Je hebt ondertussen al wat naam gemaakt. Je werkt samen met Yung Mavu, MAVEE en hebt een coole muzikale connectie met de Belgische hip hop-producer Chuki Beats.
Dejan: “Ja, Chuki is verhuisd naar de VS. Wil je het maken als hiphop-producer dan is de VS toch de place-to-be. Het is daar dat het gebeurt, hé. Hij heeft me al een paar keer gevraagd om naar daar te verkassen, maar ik hou de boot af. Ik ben nu aan het spelen met Dikke, en ik vind dat ik me eerst daar moet op concentreren. Het zou niet mooi zijn om dat nu te laten vallen.”
Wil je het maken als hiphop-producer dan is de VS toch de place-to-be.
Dejan Banovic
Laten we het even over inspiratie hebben. Welke muzikanten hebben jou geïnspireerd. Je hoeft niet te antwoorden: “Mijn pa.”
Dejan: (lacht) “Al is dat natuurlijk wel zo; er zullen zeker invloeden zijn. En verder? Ik ben als drummer grote fan van Anderson Paak. Hoe hij zang en drum weet te combineren, en daar quasi achteloos groove mee neerzet, dat is echt wel petje af. Of de broer van Bruno Mars, ook een bijzonder getalenteerd drummer, net zoals wijlen Taylor Hawkins. Of Didier, een van de eerste drummers van Arsenal. Ik ben niet zo voor de gospel-choppers die vandaag het mooie weer maken. Ja, die gasten kunnen allemaal enorm goed spelen en ze zijn technisch gezien fantastisch, maar ik mis toch wat beleving.”
Mirko: “Het is een beetje “l’histoire se répète”, denk ik. Je had in de jaren ’90 ook een hele generatie bassisten die virtuoos speelden, en technisch de moeilijkste lijnen uit hun bas haalden, maar het was toen ook niets voor mij. De ritmesectie van D'Angelo, met Questlove en natuurlijk ook Raphael Saadiq, dat zijn de invloeden waar ik meer mee bezig was. Dat soort grooves en samenwerkingen spraken mij enorm aan. Of Mick Karn van Japan, en uiteraard Pino Palladino tijdens de Gary Numan-periode.”
Dejan: “Of een van de drummers van Michael Jackson, Jonathan Moffet. Wat een powerhouse. Op YouTube vind je een filmpje waarin hij onder andere Beat It speelt, met twee cimbalen achter zich. Relaxed en strak als de neten, ook met die twee cimbalen, die op een toch wel vrij onorthodoxe manier opgesteld staan. En hij slaat hard. Dat doe ik ook. Ik denk dat ik daarin beïnvloed ben door Sam (Gysel, zijn oom, broer van Leonie, Kapinga en Eva-Tshiela, nvdr.), die ook wel hard mept.”
Mirko: “Ja, het is iets wat ik bij Dejan ook wel zie als hij drumt, hoe hij ergens beïnvloed is door Sam. Niet dat hij zijn spelstijl kopieert, maar bij een aantal fills zit een onmiskenbare Sam-feel.”
Spelen in een andere wereld
Mirko, Dejan staat nu op een punt waarop jij ooit ook stond: het begin van een muzikale carrière. Toen jij startte, zat de muziekindustrie toch nog iets anders in elkaar, en je hebt een bijzonder indrukwekkend parcours afgelegd. Muziek, lesgeven, … het zorgt voor inkomsten. Ben je niet soms wat vaderlijk bezorgd over de keuzes die Dejan nu maakt?
Mirko: “Dat leeft wel, ja. Toen mijn generatie begon te spelen, kon je bijvoorbeeld nog iets verdienen aan de verkoop van je albums. Maar vandaag? De streamingdiensten betalen nauwelijks iets, en als beginnende artiest kun je er echt niet van leven. Tel daarbij dat tegenwoordig iedereen met een beetje softwarekennis muziek kan maken, wat ervoor zorgt dat het voor beginnende muzikanten moeilijker is om zich te onderscheiden. Ik vind het goed dat zoveel mensen de weg naar de muziek vinden, maar het maakt de wereld voor de jongere generatie wel veel competitiever. En toch zie je dat echte talenten altijd wel een weg vinden. De echt interessante dingen komen vanzelf bovendrijven. Niet altijd op de manier die je verwacht, maar het gebeurt wel.”
En je kunt je ook niet meer beperken tot één skill. Dejan, jij drumt, maakt beats, bent producer …
Dejan: “Tegenwoordig moet je veelzijdig zijn. Je kunt niet meer enkel zeggen: "Ik ben bassist," en verwachten dat dat genoeg is. Ik zie het steeds minder gebeuren dat mensen maar één ding doen. Het verdienmodel dat er vroeger was, bestaat niet meer. Het toeval speelt ook een stuk mee: stel dat een grote Amerikaanse rapper mijn beats oppikt, dan krijg je van dag op dag een heel ander verhaal. Daar liggen de kleine kansen, de deurtjes die opengaan. Ik stuur mijn werk de wereld in en zie wel wat erop afkomt. Als ik iets interessant vind, ga ik ervoor. In het begin deed ik veel gratis werk, gewoon om mijn naam te verspreiden. Dat hoef ik nu niet meer te doen. Ik doe alleen nog dingen die me echt boeien. Een vast plan heb ik niet echt, maar ik heb wel ideeën. Voor nu blijf ik bezig met beats maken en wie weet pikt iemand iets op, en dan kan ik mijn koers bijstellen. Zoals het nu loopt, is het wel fijn: ik speel met Dikke, ga op tour met Dina Ayada die via TikTok is opgepikt …”
Tegenwoordig moet je veelzijdig zijn. Je kunt niet meer enkel zeggen: "Ik ben bassist," en verwachten dat dat genoeg is.
Dejan Banovic
Mirko: “Van het een komt het ander. Het gaat erom flexibel te blijven. Het is niet iets dat je van tevoren kunt plannen. Je moet het zien gebeuren en daarop inspelen, maar je kunt geen vierjarig plan uitstippelen en zeggen: "Dan gebeurt dit en daarna dat.” Als je hard werkt, vindt het uiteindelijk zijn weg, maar het is moeilijker dan vroeger. Toen ik begon, was de muziekwereld ook al aan het veranderen, maar de generaties voor ons, de muzikanten die in 1980-90 aan de bak kwamen, zaten in nog een andere, soms toch lucratiever situatie. Maar ik sta wel te kijken hoeveel energie en passie de jonge generatie heeft. ODO is een mooi voorbeeld, met de kinderen van Pieter-Jan De Smet, of Peenoise … die gaan er allemaal echt voor. Dat vuur bestaat ook vandaag nog, ook al wordt het als jonge band steeds moeilijker om aan de bak te komen.”
Dejan, stel, iemand als Kendrick Lamar belt je op en zegt: “Ik heb iets van je gehoord, maak een beat voor me of produce mijn plaat.” Wat zou je doen?
Dejan: “Mijn koffers pakken. Of Drake, maar dan wel de oude Drake, omdat zijn oudere albums toch iets muzikaler zijn. Maar als ik toch moet kiezen: Kendrick. En out-of-the-box? Billie Eilish. Ja, ik vind haar echt supertof. Maar dat zou dan toch meer mijn softe kant zijn die naar voren komt.”
Mirko: “Boek maar een ticket. Ik ga mee.”
Reclame